De Volmolen
Bij onderzoek van oude kaarten van dit gebied ontdekte de stichting Loobeek dat er in Loobeek tussen de Overloonseweg en de A73 een haakse aftakking is geweest. Dit wees erop dat de beek op die plek gestuwd werd om een watermolen aan te drijven. Het bleek om de volmolen te gaan van het middeleeuwse weversgilde de Neeje Meule.
Onderzoek in oude bronnen heeft ons niets wijzer gemaakt over hoe de molens eruitzagen. Om kennis op te doen is een studiereis naar Roemenië gemaakt. Daar staan nog enkele werkende volmolens. De stichting heeft met die informatie deze volmolen opnieuw gebouwd. De bijzondere Veldmolen is de enige met stroomversnelling in de Loobeek. Dit is nodig om het rad te kunnen laten draaien.
Wat stinkt daar zo?
Er hebben veel volmolens in Nederland gestaan maar die zijn allemaal verdwenen. Volmolens werden ook wel stinkmolens genoemd. Hier werden van schapenwol geweven stoffen gevold. Dit vollen maakte het weefsel dichter en vaster en veranderde de stof in vilt. Hiervoor moest de stof dagenlang gekneed worden in een kuip gevuld met aarde, urine en zeep. Eerst deed men dit met voeten, later werd dit werk door volmolens gedaan. In deze molen werd er met houten stampers op de stof gestampt. Door het werken met urine stonk het enorm in en rondom de molens. Al heel snel moesten deze molens buiten de stad gebouwd worden vanwege stankoverlast.